dinsdag 18 september 2018

en toen ging het licht uit

Ik weet zelfs helemaal niet meer op welke dag het was.
Maar het feit dat ik plots niet meer op mijn vertrouwde werkpost kon staan was de druppel.
Lichten gaan niet plots uit en emmers lopen niet plots over. Het is de laatste lamp die springt, zonder dat er ooit iemand de vorige heeft vervangen die het dat maakt dat het plots donker is. Als iemand af en toe wat water uit de emmer schept dan is er nooit die laatste druppel die de boel doet overlopen, dan is er gewoon telkens weer plaats voor meer druppels. Veel meer druppels.

En als ik nu terugkijk was het een aangekondigd einde.
Eind vorig jaar ben ik gestopt met al mijn hobby's. Dat ik dat niet mocht doen! riep mijn omgeving. Dat ik dat juist wel moest doen! riep ik terug. omdat ik er de fut niet meer voor had. Omdat mijn hobby's mij meer energie kosten dan dat ze mij ontspanning opbrachten! Maar ik ging door

Daarvoor al kon ik geen radio meer verdragen. Ik die bijna 24/7 radio 1 luisterde moest de radio in de auto uitzetten. Het gepraat op de radio, de muziek de reclame, het nieuws waaraan ik bijna letterlijk verslaafd was het kostte mij allemaal zodanig veel energie dat ik er niet in slaagde dat te combineren met autorijden. Ik kon kiezen of de interne keuken volgen of rijden maar beiden tegelijkertijd lukte gewoon niet meer; als ik mij concentreerde op het gesproken woord loerde een ongeluk om de hoek. concentreerde ik mij op het autorijden kon je me later een pistool tegen de kop zetten, mijn leven kon ervan afhangen ik zou niets kunnen reproduceren. Radio werd lawaai. oorverdovend concentratierovend lawaai. Maar ik ging door.

gesprekken voeren met collega, mijn gezin, vriendinnen een wildvreemde was energieverslindend. de helft van de tijd zag ik hun mond bewegen en er kwam een enerverend geluid uit. als goei collega, vriendin, voorbijganger lachte ik probeerde een reply te geven babbelde vrolijk mee (over god weet wat) en dacht HOU GODVERDOMME ALLEMAAL JE KOP (enfin ik dacht iets nog onbeleefder maar daar kwam het op neer). Maar ik ging door.

Ik bracht de kinderen naar school, overbrugde die onoverbrugbare afstand van 600 meter en fantaseerde de hele tijd hoe ik mij op de terugweg op straat tegen de muur van een wildvreemd huis in de zon zou flokken. En zou slapen. UUUUUUUUREN aan een stuk. Meer ik bleef vrolijk lachen met de kinderen en sleepte mij letterlijk naar huis nadat ze waren afgezet. waarna ik, moest het niet zoveel energie gekost hebben, een vreugdedansje zou geplaceerd hebben op mijn vrije dagen. dan kroop ik nl terug mijn bed in en sliep tot de wekker ging en ik mij terug naar school sleepte, vrolijk terughuppelde verse soep maakte en middageten gaf en de bende weer richting school begeleide om het hele zootje een paar uur later nog eens te herhalen en rond 18 uur in mijn bed te kruipen voor de nacht. Maar ik bleef doorgaan.

Mijn werk was het enige dat mij nog rechthield. nl dag in dag uit de zelfde handelingen op  de zelfde plaats met de zelfde mensen. Toen ze mij dat afpakten en mij op andere posten inschakelde was dat de druppel, die energie had ik niet meer ik kon niet ook nog eens opbrengen om in de al compleet lege energievoorraad nog een bodempje te vinden om dat tot een goed eind te brengen.
ik verliet over mijn toeren mijn werk, belde mijn man en liet het licht uitgaan.