vrijdag 19 november 2021

Als krassen op een krijtbord

Stel je voor.

Je bent terug 13, of 8 of 18. De leerkracht draait zich om, zet het krijtstuk tegen het bord en een scherp gekras weerklinkt door de klas. 

Iedereen krimpt in elkaar. De leerkracht stopt onmiddellijk, lacht wat ongemakkelijk en verontschuldigd zich. over menig lichaam loopt een rilling.

Stel je nu voor dat voor een van die leerlingen elk geluid klinkt als krassen op een krijtbord. Stel je nu voor dat voor een van die leerlingen elk geluid even luid klink. ELK geluid.

De leerkracht draait zich terug naar het bord en begint te schrijven. het is de bedoeling dat iedereen meeschrijft. 9 schriften worden uitgehaald er wordt in 9 pennenzakken gerommeld er wordt op 9 pagina's geschreven, het krijt gaat over het bord, de kledij van de leerkracht beweegt terwijl ze schrijft af en toe tikt haar horloge zachtjes tegen het bord. achteraan wordt een briefje doorgegeven, terwijl het van hand tot hand gaat maken de plooien in het papier telkens een onhoorbaar geluid, een van de leerlingen is besluiteloos over welke kleur van de vierkleurenbalpen vandaag de favoriet is en laat onophoudelijk de balpen klikken. 2 meisjes fluisteren elkaar iets toe. de banken kraken onophoudelijk onder de beweging van de schrijvende polsen, een potlood rolt van tafel en klettert op de grond. de eigenaar schraapt met zijn stoel over de vloer staat recht waarbij gewrichten, spieren en kledij bewegen en  lawaai produceren dat niemand lijkt te storen, hij doet 2 passen naar de voorkant van zijn bank bukt zich raapt het potlood op en tikt daarbij met de gom zachtjes tegen de tegels en gaat terug naar zijn bank om te zitten. 10 mensen ademen tegelijkertijd maar niet synchroon. ergens in het gebouw gaat een deur open, ver weg spoelt er een wc door en in het secretariaat rinkelt de telefoon. In de klas ernaast wordt les gegeven en in de klas daarnaast ook en in die daarnaast en in alle klassen eronder in al die klassen praten leerkrachten en bewegen leerlingen. Hoewel de ramen gesloten zijn is de constante stroom aan auto's op de nabijgelegen grote baan niet onhoorbaar. een naad tussen verschillende wegdelen ligt niet zo goed en dus hoor je van elke wagen een lichte geluidsverandering als hij erover rijdt. De slager vaan de overkant van plein heeft een bel die afgaat telkens de deur opengaat. Hoe dichter het uur naar de middag kruipt hoe vaker de deur opent en sluit, opent en sluit, opent en sluit... de heipalen voor het nieuwe kantoorgebouw verderop worden met een gekmakend gebonk in de drassige grond geslagen en een school wat verder aan de overkant van die grote baan heeft al gedaan. de elektronische bel zoemt en 100de puberstemmen gonzen door elkaar door de lucht door het gesloten raam, in het oor van die leerling. de klingelklingel-bel van de lagere afdeling wordt door een enthousiaste 6de-jaars geluidt en kleine kinderen stormen uitgelaten op de speelplaats. De telefoon van de directeur rinkelt.

Al die geluiden. Heel de dag door. Door elkaar. en allemaal even luid. Onophoudelijk. 


Mevrouw, uw dochter kán wel maar wílt niet. Ze moet zich beter leren concentreren. 

Jaar in. Jaar uit.