maandag 22 augustus 2016

Was weer kamp

Elk jaar na het beëindigen van het kamp vraag ik zoon-nummer-1 waarom hij geen vuile kleding heeft.
Elk jaar weer antwoordt hij met een schouderophaling.
Dit jaar, tot mijn grote verbazing,  had hij zowaar een zakje vuile was.
Een klein zakje weliswaar.
Een miniem zakje.

"je hebt vuile was!" verbazing alom
Een klein lachje in zijn antwoord

En dan doe ik "dé was"
En blijkt het grootste deel van zijn "vuile" was nog opgeplooid.

Een paar sokken en een onderbroek blijven trots, en zonder hulp rechtopstaan.

Hij deed toch propere kleren aan om naar huis te komen

Vooruitgang heet dat dan

vrijdag 5 augustus 2016

Fietsen

2 zonen leerden vandaag fietsen.
De eerste was zoon-nummer-3, 4 jaar, die na eer eerste verbaasde uitroep "mamaaah ik heb gefietd!" steeds zelfzekerder rondrijdt en eruitziet alsof hij nog nooit iets anders heeft gedaan.
En mama laat een traantje van trots, maar ook van weemoed.
De 2de was zoon-nummer -2, 6 jaar, die na 2 minuten proberen de fiets, boos en gefrustreerd, aan de kant gooit.
Fietsen is toch stom.
Later op de dag lukt het hem toch.
Eerst een meter
Daarna 2
Daarna op pure wilskracht 3 of 4.
En ik laat een traantje, van trots, maar ook van verdriet. Omdat wat zijn jongere broer zo makkelijk afgaat hem zoveel energie kost, zoveel concentratie.

En dan valt hij

En is fietsen weer stom